Translate

woensdag 21 december 2016

Aardappelsalade






Een gemiddelde Nederlander eet zo'n kilo aardappelen per week. En daar komt jaarlijks dan nog ongeveer 30 kilo aan patat en chips bij. Dit komt dus neer op 80 kilo aardappels per jaar. En echte liefhebbers halen met gemak 140 kilo per jaar. Respect. Dat gaat Dikke bij lange na niet halen. Ik denk dat ik op zo'n 12 kilo per jaar uit kom. En daar zit dan hooguit 1 kilo gewone gekookte aardappel tussen. Eigenlijk hou ik alleen van een nieuw gekookt aardappeltje naast witte asperges.

Aardappels komen in huize Sigi als aardappelgratin, aardappelpuree, patate al forno, in een sperziebonen a la bonne femme salade, tortilla, of als aardappelsalade op tafel. En incidenteel wordt er een pieper gebakken, gepoft of als waaier bereid.




Aardappelen worden ook wel 'Poldergoud' genoemd. Kijk, en daar gaat Dikke's bloed sneller van stromen. Dikke vind zichzelf inmiddels Amsterdammer na 30 jaar in onze hoofdstad woonachtig te zijn, maar ooit ben ik uit de klei getrokken van de Noordoostpolder. Rijdend op de A6 kijk ik nog altijd reikhalzend uit om een eerste glimp van de Poldertoren op te vangen.
De jaarlijkse aardappeloogst werd (en wordt) met een heus Pieperfestival gevierd. Destijds het absolute hoogtepunt van het jaar, samen met de trekker-trek, de schuimparty, de opening van de buiten-ijsbaan, de jaarlijkse braderie en kermis. Weliswaar bepalende ervaringen in het leven van een opgroeiende jongeman in de polder maar tegelijkertijd de reden om naar de grote stad te trekken zodra de kans zich voor deed.




Snij de Aardappelen in dobbelsteen-grote blokjes en kook deze net gaar. Dit duurt zo'n 12- 15 minuten. Zorg dat ze heel blijven. Kook de eieren mee tot hard.
Snij een rode ui in dunne ringen, doe in een kommetje en 'zet onder water' met rode wijnazijn. Zo 'garen' ze een beetje, het scherpe gaat er af en hun rode kleur wordt intenser.
Bak de plakken bacon, laat uitlekken op keukenpapier en snij in smalle reepjes.
Snij de augurken in kleine blokjes.

Maak een dressing in een ruime schaal met olijfolie, mosterd, mayonaise, ongeveer 1 eetlepel van de rode wijnazijn, peper en zout. Doe de gare, uitgelekte aardappelblokjes er bij. Giet de rode ui af. Pel de eieren en hak ze grof. Snij de bosui in schuine ringetjes en hak de verse kruiden fijn. Verdeel alles over de aardappels.
Zet op tafel en hussel goed door voordat u opschept.




Ingrediënten:

  • 6 ons aardappelen, vastkokende, bijv. roseval, ratte of opperdoezer
  • 3 eieren
  • 1 rode ui
  • rode wijnazijn
  • 5 plakken bacon
  • 6 augurkjes
  • 4-5 eetlepels van uw mooiste olijfolie
  • 1/2 eetlepel mosterd, franse of dijon
  • 1 eetlepel mayonaise
  • zout en peper
  • 3 bosuitjes
  • 2 handen vol verse kruiden, bijv. basilicum, dragon, dille, platte peterselie, bieslook, tijm






vrijdag 16 december 2016

Pasta met Aubergine, Tomaat en gebakken Ricotta - Pasta alla Norma





Vincenzo Bellini schreef de opera 'Norma' met daarin de beroemde aria Casta Diva in 1831. De hogepriesteres Norma belandt uiteindelijk samen met haar voormalige geliefde op de brandstapel. Had-ie de moeder van zijn kinderen maar niet moeten bedriegen met een jonger liefje. 'Norma' werd zo goed bevonden dat 'una vera norma' spreekwoordelijk gebruikt is gaan worden voor iets daadwerkelijk heel bijzonders.
Vandaar dat deze heerlijke Pasta met Aubergine, Tomaat, Basilicum en Ricotta de naam 'alla norma' heeft gekregen. Zo luidt de overlevering.

Dikke neemt ruim Ricotta om kibbelende meisjes voor te zijn en verwent de Ricotta eerst in de oven. Dit maakt de Pasta alla Norma zo mogelijk nog lekkerder.




Verwarm de oven voor op 180C. Zet de Ricotta's in een ovenschoteltje. Verdeel hier de tijmblaadjes over. Voeg zout en peper toe en verdeel de kerstomaatjes rond om de ricotta's. Sprenkel er olijfolie over. Zet 30-35 in de oven tot de randjes van de Ricotta licht verkleuren.

Verwarm ondertussen een flinke bodem olijfolie in een koekenpan. Snij de aubergine in blokjes; ongeveer 1x1x1 cm. Bak (bijna frituren) ze tot ze gaar rondom nagenoeg bruin zijn. Doe dit in porties of gebruik 2 pannen. Je wilt 1 laag aubergineblokjes, zonder dat ze boven op elkaar liggen. In eerste instantie zuigt de aubergine flink wat olie op, maar ze geeft dit vanzelf grotendeels weer af. Schep ze met een schuimspaan op keukenpapier en laat uitlekken.

Rooster de pijnboompitten in een droge pan tot ze licht zijn verkleurd. Zet apart.




Haal de basilicumblaadjes van de stelen af en snij die steeltjes fijn. De blaadjes zet je even apart. Snij een uitje fijn. Verhit wat olijfolie en bak de ui zachtjes iets zacht. Hak de knoflook fijn en voeg dit toe samen met de basilicumsteeltjes en de chiliflakes. Bak heel even mee en doe dan de bliktomaten en de passata er bij. Doe de tak rozemarijn er in zijn geheel als smaakgever bij en laat in 10 minuutjes alles rustig zacht worden.
Ondertussen kook je de pasta 'al dente'; nèt gaar dus. Nu kunnen de gebakken aubergineblokjes bij de saus. Laat een minuutje meepruttelen. De saus kan je zo nodig iets verdunnen met wat van het pasta-kookwater.
Doe de uitgelekte pasta er bij. Schep goed om, zodat de saus zich goed verdeeld. Haal van het vuur. Nu kunnen de basilicumblaadjes er bij.
Strooi de pijnboompitten over de ricotta.
Zet samen de pasta en de ricotta op tafel en laat iedereen zelf wat van de ricotta en de kerstomaatjes over z'n pasta verdelen.
Dikke raspt er ook nog wat pecorino over.




Ingrediënten:


  • 400 gr pasta naar keuze, neem wel een goede, bijv. die van 'De Cecco'
  • 500 gr ricotta
  • paar takjes tijm
  • handje (gele) kerstomaatjes
  • olijfolie
  • peper, zout
  • handje pijnboompitten
  • 2 aubergines
  • 1 uitje
  • 2 tenen knoflook
  • 1 theelepel chilivlokken, of een fijngesneden half spaans pepertje
  • 1 blik gepelde tomaten
  • 150-200 ml passata (tomatensaus)
  • 1 tak rozemarijn
  • stuk of 6-8 takjes basilicum
  • pecorino



woensdag 14 december 2016

Panzanella - Broodsalade





Panzanella is in principe een eenvoudige Italiaanse brood-tomaat-basilicum salade, met olijfolie-azijn, peper en zout. Soms wordt-ie Toscaanse broodsalade genoemd, maar anderen beweren dat de panzanella oorspronkelijk Romeins is. (uit Rome afkomstig) Het is hoe dan ook een uiterst smakelijk gerecht om je oud geworden brood in te verwerken.

Voor Dikke is de originele Panzanella het uitgangspunt; hiermee bedoel ik dat ik het meer beschouw als een concept dan als een recept. Denk in mogelijkheden in plaats van in de beperkingen van het superstrak willen volgen van een recept. Een left-over Courgette die nog op een bestemming wacht kan heel prima werken. In (halve) plakjes, even stevig aanbakken in olijfolie tot het mooie-bruine-plekjes stadium, met op het laatst ietsje knoflook. Hussel met wat rasp van een Citroen. Afgekoeld tot in ieder geval lauwwarm is dit wellicht zo'n lekkere toevoeging aan uw Panzanella, dat u hem (of is een Salade vrouwelijk?) in het vervolg niet meer zonder wilt maken. 




Eerst het brood, gebruik het liefst uw oude brood. Dat wat u eigenlijk niet meer zou willen eten. Oud is droog en droog zuigt smaken op. Heeft u alleen vers brood, leg het dan uit de verpakking op een warme plek. Of rooster het even kort droog; in een broodrooster, een warme oven of in een koekenpan.
Verwijder eventueel de korst van het brood. Ik hou juist van de korst. In huize Sigi willen we juist de korstrijke kontjes. Waarbij gezegd moet worden dat wij altijd heerlijk desembrood van onze stadsbakker eten. 
Halveer de teen knoflook en strijk met het snijvlak een paar maal lichtjes over het brood. Snij of scheur het brood nu in stukken.

Snij de tomaten in stukken en laat de paprika uitlekken. Snij ook deze in stukken.




Neem een mooie ruime schaal. Kluts de olijfolie en de wijnazijn goed door elkaar. Prak de ansjovis hierin goed stuk. Doe het rode uitje, de kappertjes, de tomaten en paprika er bij. Nu kan het brood er bij en meng dit, met schone handen, heel licht knijpend, goed door elkaar.

Dit kunt u best even laten staan om het vocht en de smaken goed in te laten trekken. Heeft u nog plannen? Trek er op uit, en laat het brood z'n zuigende werk doen. Bezoek uw slager en haal een lekker worstje in huis. 

Hussel de basilicum er door, proef op zout en peper en maak eventueel verder op smaak. Serveer. Lekker bij een barbecue of picknick. 






Ingrediënten:

  • 200 gr brood, ga voor een mooi desembrood  van uw bakker, van zo'n 2-3 dagen oud
  • 1 teentje knoflook
  • 4-5 tomaten, zo'n 600 gr., u kunt verschillende soorten en kleuren kiezen.
  • geroosterde paprika, uit een pot, de helft van het tomatengewicht, 300 gr.
  • een flinke rode ui, in fijne dungesneden halve ringen
  • 1 eetlepel kappertjes, laat er een paar heel en haksel de rest grof 
  • 2 ansjovis
  • 6 eetlepel olijfolie
  • 2 eetlepel rode wijn azijn
  • een flinke handvol basilicum, de blaadjes in reepjes gesneden op het laatst door de salade. De steeltjes bakt u gesnipperd de laatste 30 seconden mee met de courgette of het worstje.




In de geest van het conceptueel denken kunt u uw Panzanella aanpassen naar eigen smaak. Laat de aanbiedingen in de winkel, het seizoen, de inhoud van uw koelkast, uw voorraadkelder of de oogst uit de moestuin mede bepalend zijn voor de persoonlijke touch aan uw Panzanella.

Suggesties: augurk, bosui, zoete ui, komkommer, gekookte sperziebonen, bleekselderij in halve maantjes, artisjok op olie, asperges, avocado, geblancheerde zeekraal, venkel, tijm, peterselie, dragon, venkelzaad, balsamico, citroensap en/of -rasp, olijven, (geiten-)kaas, mozzarella, knoflook, rucola of andere sla, gekookte eieren, tonijn, zalm, kort geroosterde hazel- of walnoten of pijnboompitten. Voel u vrij, gooi niks weg, probeer combinaties die u lekker lijken.





vrijdag 14 oktober 2016

Quiche





Een Quiche heet meestal 'Lorraine'; het betreft dan een hartige taart die in ieder geval gevuld is met Spek en Kaas.
Lorraine is frans voor Lotharingen, wat tegenwoordig een regio in het noordoosten van Frankrijk is, met Metz als belangrijkste plaats, maar vroeger een enorm hertogdom. Hier stond dus waarschijnlijk de wieg van de Quiche genaamd Lorraine.

Dikke heeft lange tijd, om onduidelijke redenen, geen Quiches gemaakt. Maar mijn Quiche-loze tijdperk is voorbij, en hoe. Net zoals u wellicht opziet tegen een zelfgemaakte mayonaise, lasagne, risotto, sushi of pesto, had ik dat met Quiche.
Maar aangezien men het meest lijdt onder hetgeen men vreest heb ik de Quiche er inmiddels gelukkig onder gekregen. Verzamel moed, er zijn u velen voor gegaan, en ga fearless aan de slag.




Wat u wellicht helpt om van uw eventuele Quiche-terughoudendheid af te komen is 'kant-en-klaar Quichedeeg', ook wel bekend als 'kant en klaar deeg voor een Hartige Taart'. Dit kunt u tegenwoordig in elke super kopen. Er zit vaak zelfs bakpapier bij dat mooi van pas komt.
Dikke heeft voor zijn eerste Quiche, de bodem zelf gemaakt, wat overigens absoluut geen rocket-science is.

Heeft u de Quiche eenmaal in de vingers, dan gaat er een wereld aan mogelijkheden voor u open. In een Quiche kunt u namelijk van alles kwijt. Letterlijk. De Lorraine is de springplank naar zoveel varianten als u maar kunt bedenken.

De kaas die u gebruikt is natuurlijk mede smaakbepalend. Rauwmelkse boerenkaas of gruyère verschilt nogal met een zakje voorgeraspte vage kaas uit de supermarkt. Bak regelmatig een Quiche en al uw kontjes kaas vinden een bestemming.




Recept Quiche Lorraine:

Verwarm de oven voor op 180C.
Beboter uw bakvorm (laag opstaande gekartelde rand, doorsnee 22 cm). Rol het Quichedeeg iets uit op een bebloemd oppervlak. Rol het deeg losjes op om uw roller, til op en leg het op de vorm. Licht het overhangende deeg iets op en duw de opstaande rand mooi op de bodem en de kartels. Ga met de deegroller over de rand om overtollig deeg af te snijden. Dit hoeft u niet weg te gooien, maar kan in folie worden ingevroren.
Prik nu het deeg met een vork in. Leg er bakpapier op en verzwaar dit met bakgewichtjes, bonen of oude vakantiemunten. U gaat de bodem nu 'blind' bakken, om er voor te zorgen dat u een gare bodem krijgt. Het deeg komt door het gewicht niet omhoog. Schuif in de oven en haal 'm er na 20 minuten uit. Bak nog een kleine 5 minuten zonder het bakpapier en de steunvulling.
Laat enigszins afkoelen.




Bak (ondertussen) het spek goudbruin uit. Laat uitlekken op keukenpapier.
Klop de eieren lekker los. Meng met de kaas, spek en de room. Breng op smaak met peper en matig zout. (de spek is al wat zout)
Nu kan-ie in de oven voor 25 à 30 minuten tot goudbruin. Serveer warm in punten. Lekker met een simpel, goed aangemaakte groene salade (olijfolie citroensap, zout, peper) en wat met de Quiche meegeroosterde trostomaatjes (olijfolie, zout, peper, balsamico).

De Lorraine is een relatief simpele Quiche met naast eieren, room en kaas alleen spek als vulling. Er valt volop te variëren. Bekijk de restjes in je koelkast eens met andere ogen; veel zal probleemloos een plek vinden in een Quiche. Maar sla niet door en beperk jezelf tot 3 à 4 ingrediënten die goed bij elkaar passen. Example:


  • Spek met prei of bosui en peterselie.
  • Zalm met groene asperges en dragon.
  • Ham met witlof en cheddar.
  • Pompoen met ricotta, tijm en pompoenpitten.
  • Tomaten met pesto, mozzarella en parmezaan.
  • Vijgen met geitenkaas en parma (-achtige) ham
  • Tomaat, ansjovis, olijven en tijm.


Sommige ingrediënten, die langer dan 25 minuten nodig hebben om te garen zul je moeten voorgaren De pompoen bijvoorbeeld rooster je eerst in de oven (olijfolie, peper, zout). Let er verder op dat je vulling niet teveel vocht bevat.




Ingrediënten:

1x quichedeeg
4 eieren
250-300 gram spekreepjes, liefst van de slager
2,5 dl room (of crème fraîche)
100-150 gram geraspte kaas
zout
peper
snuf nootmuskaat





dinsdag 9 augustus 2016

Gerookte Zalm





Het is u tot nu waarschijnlijk ontgaan, maar er bestaat zoiets als het NK Palingroken, dat jaarlijks wordt gehouden in Kortenhoef. Dikke is daar de afgelopen editie gaan kijken om twee palingrokende vriendinnen moreel te supporten en om hun palingen te eten natuurlijk. Zij hielden zich overigens kranig staande in het deelnemersveld dat voor de rest uit alleen maar mannen bestond.





Of er ook een NK Zalmroken bestaat weet ik niet, maar dat is ook niet echt nodig. De kampioen is immers al bekend; dat is Frank, van Frank's Smoke House. Frank rookt alleen topzalm; wilde King Chinook uit Alaska, of duurzaam gekweekte uit Loch Duart gelegen in het noorden van Schotland.

U kiest gewoon voor een MSC-gecertificeerde zalm.

Toen het jongste meisje Sigi nog naar de basisschool ging, lunchte Dikke elke vrijdag met haar bij een lunchtentje in de buurt van haar keuze. Vanwege het broodje 'entertainment', fietsten we regelmatig naar Frank's Smoke House op de Wittenburgergracht.




Wat natuurlijk ook meehelpt aan een mooi rookresultaat is een fijne oven. Maar denk nu niet dat je eerst enorm in een oven moet investeren om een zalmpje te kunnen roken. Er zijn hele simpele rookoventjes voor weinig op de markt. Maar ook met een rol aluminiumpapier, een pan, een leeg blikje en een beetje handig mcGyveren rook je prachtige zalm. Onderaan deze blog leg ik het u uit.





Voordat de zalm gerookt kan gaan worden dient hij eerst gezouten of gepekeld (nat zouten) te worden. Dit maakt de zalm hem zachter. Overdrijf niet met de hoeveelheid zout als u gaat pekelen. Houdt een oplossing van zo'n 3% aan, als ware het zeewater, 2 eetlepels per liter water.
Dikke pekelt niet maar zout de zalm in een zout-zoet-kruiden mengsel. Zout en zoet in een verhouding van 4:1.

Het zout zet een chemisch proces in werking. Het komt hier op neer: zout breekt bepaalde eiwitten af, en dan met name de eiwitten  (myosine) die er voor zorgen dat spieren kunnen samentrekken. Hoe minder je hiervan in je vis/vlees hebt, hoe malser het wordt.
De myosine worden naar buiten getrokken en geven een mooi glanzend laagje op de zalm die tijdens het roken een mooie bruine smakelijk uitziende glans geeft.




het zouten:

Meng 200 gram zout, 50 gram basterdsuiker, een bosje fijngesneden dille, fijngesneden schil van een citroen en wat vers gemalen peper. Wrijf dit met je handen goed over 800-1000 gram zalm. Laat dit 2 uur z'n werk doen.
Spoel de zalm af met water en dep 'm goed droog.




het roken:

Bekleed je rookoventje met aluminiumfolie, strooi hier wat rookmot op, 1-2 eetlepels. (bij kookwinkels of online te koop, maar ook bijv bij de intratuin).
Lekbakje (ook met alu-folie bekleden) en rooster (lichtjes ingevet) plaatsen. Zalm erop en sluit het oventje met het deksel.
Zet het oventje nu op een klein pitje, maakt niet uit wat; gas, paraffine, petroleum, waxine, bbq,

(het aluminiumfolie scheelt schoonmaken, maar kan je achterwege laten)

Laat de zalm nu zo'n 30-40 minuten roken. Een dik stuk duurt langer dan een dun. Ik vind 'm het lekkerst als-ie nèt makkelijk uit elkaar vlokt, niet té gaar in ieder geval, da's zonde van de vis.
Als je dit binnenshuis doet open je het oventje straks onder de afzuigkap.

De zalm is nu al superlekker en je kan 'm gewoon zo eten.





Maar een lekker sausje is een lekker sausje. Mosterd-Honingsaus: meng goed door elkaar: 2 eetlepels mosterd, 2 eetlepels olijfolie, een flinke eetlepel honing en 3 eetlepels van iets fris-zuiveligs als yoghurt, kwark, zure room of creme fraîche. Roer er flink wat fijngehakte dille, sap van een halve citroen en zout en peper naar smaak door.

De zalm is ook lekker met geroosterd brood, licht bestreken met een doorgesneden teentje knoflook.




Roken in een pan:

Neem een pan met een deksel, zonder dikke bodem. Bekleed de pan aan de binnenkant met stroken aluminiumfolie, tot over de rand van de pan, 2-3 lagen. Strooi een dun laagje rookmot op de bodem.

Haal van een leeg conservenblik (zoals van tonijn bijvoorbeeld) ook de bodem er uit. Of doe dit bij 3 of 4 tomatenpureeblikjes. Je hebt nu een ring of een aantal ringetjes. Leg deze op de bodem van de pan. Zet hier een bord op.

Nu komt het MacGyveren. Er moet een rooster gecreëerd worden op het bord, zodat de vis iets boven het bord hangt en het vocht in het bord kan druppen. Dit rooster maak je bijvoorbeeld met een stuk gaas. Kan ook prima met satéstokjes die je kruislings op het bord plaatst.




Voor degenen die onbekend zijn met MacGyver: dit is 'm, compleet met 80's kapsel, dat was voor toen redelijk normaal. Een TV-held, die genoeg had aan een paperclip om een bom te ontmantelen.

woensdag 10 februari 2016

Piccalilly





Dikke's 'Dikke Sigi Cooks' heeft zo'n 2 jaar na het allereerste blog de magische grens van 20000 views doorbroken, Lijkt veel, is het ook, maar populaire foodblogs halen dit soort aantallen per dag. Om het even in perspectief te plaatsen. Maar toch. Hoogste tijd voor een nieuw blog.

Een (bij-)gerecht dat al lang in de pen zit is Piccalilly. Om een aantal redenen; zelfgemaakte Piccalilly is veel lekkerder dan die uit een potje, het is erg makkelijk om te maken, je kan eindeloos variëren met de Groenten en Specerijen èn het is een goede manier om van je restjes Groenten af te komen.
Eigenlijk alles kan er in. ga uit van een kilo Groenten. Denk aan Bloemkool, Broccoli, Boontjes, Wortel, Pompoen, (Zilver-)Uien, Radijs, Komkommer, Spruitjes, Courgette.

Piccalilly is lekker bij Kaas, warm en koud Vlees, Charcuterie, Stamppotten, gerechten met Rijst en bij Patat. Een Broodje met left-over Kip wordt een topbroodje met Piccalilly.

Als je begint met een Piccalilly is de eerste stap het pekelen van de Groenten, wat wil zeggen dat je ze onder Zout zet. Dit kan nat met Pekelwater of droog met alleen Zout. Pekelen is een oude conserveringsmethode waarbij dus de houdbaarheid, maar ook de knapperigheid van de Groente bevorderd wordt. Maar ook Vlees en Vis worden gepekeld bijvoorbeeld voordat je ze gaat roken. Ook Kazen en Olijven worden gepekeld.





In het Engels heeft men het over Pickles, waarmee dan gepekelde en ook gefermenteerde Groenten bedoeld worden. Pekelen is eigenlijk het eerste stadium van fermenteren. Bij fermentatie wordt gespeeld met temperatuur, tijd en de concentratie Zout; in een zuurstofvrije omgeving gaan Groenten dan melkzuurbacteriën produceren. Dit resulteert dan in een in meer of mindere mate zuur of pittig resultaat.
De methode is oud en wordt wereldwijd toegepast. Wij kennen natuurlijk Zuurkool, Augurken en Atjar, maar tegenwoordig struikel je in ruig hipsterland over Kimchi en gezouten Citroenen.
Geen idee wat Kimchi is ? In Korea is het volksvoedsel waarvan per persoon tientallen kilo's per jaar worden gegeten. Het is bij lage temperatuur gefermenteerde Chinese Kool, met veel Zout en samen met in ieder geval Chilipepers, Knoflook en Vissaus. 

Qua Piccalilly: die maak je niet 's middags voor 's avonds. Het is weinig werk, maar heeft tijd nodig. Eigenlijk is je zelfgemaakte Piccalilly na een maand pas echt lekker. Voor die tijd proef je vooral de Azijn en de Specerijen.




Droog pekelen 1: 
Verzamel een kilo Groenten en snij deze in 1 centimeter grote stukjes en blokjes. Meng met je handen goed met 50 gr Zout. Zet 12 uur koud en afgedekt weg. Het best in een vergiet boven een kom. Spoel met koud water af voor gebruik.

Droog pekelen 2: 
Creëer een laag Groenten in een schaal, bedek dit met Zout en ga door met het afwisselen van deze lagen. In dit geval gebruik je zo'n 250-300 gram Zout. Zet 24 koud en afgedekt weg. Voor gebruik afspoelen onder koud water.

Nat pekelen: 
Breng 1,5 liter Water met 150 gram Zout aan de kook, laat het Zout oplossen en laat afkoelen. Giet dit over de gesneden Groenten. Zet 24 uur koud weg. Voor gebruik afgieten, afspoelen en uit laten lekken.

Recept:

Dikke koos voor iets tussen 1 en 2 in, gewoon ruim Zout, goed husselen en ergens tussen de 12 en 24 uur in de koelkast,

Ricardo van Ede's recept voor Piccalilly is terug te vinden op Foodtube. Hij gebruikt de natte methode.




Na een nachtje slapen heb je nu dus gepekelde, afgespoelde en uitgelekte Groentenblokjes en kunnen we verder met de Specerijen. Steriliseer een aantal lege glazen potten in kokend water. 
Breng nu allereerst de Azijn met de Suiker aan de kook en laat de Suiker oplossen. Voeg nu alle Specerijen toe en meng goed.
Maak al roerend een papje van de Maïzena met wat koude Azijn. Giet dit bij de hete Azijn, breng weer even aan de kook, roer en er zal een verdikking optreden. 
Van het vuur af, de Groenten er door scheppen en vul er de potten mee. 
Wacht dus in ieder geval een maand. Dikke's huidige Piccalilly is inmiddels een half jaar oud en is ronduit heerlijk.

Qua Specerijen kan je van alles naar smaak weglaten of toevoegen. Denk aan Chilipoeder, Garam Massala, Paprikapoeder, Komijnpoeder, Kerriepoeder of whatever. Wat mij betreft is alleen de Kurkuma, de Geelwortel, een must. Piccalilly moet gewoon knalgeel zijn.





ingrediënten:

1 kilo groenten
50-100 gram zout (ruim zout)
tijd

750 ml azijn
200 gram suiker

2 eetlepels kurkumapoeder
2 eetlepels mosterdpoeder
2 eetlepels gemberpoeder
1/2 eetlepel nootmuskaat
1/2 eetlepel piment

75 gram maïzena
scheutje koude azijn

een aantal schone glazen potten

nog meer tijd